maandag 2 juni 2014

Geachte heer Lucifer,

Ik ben vereerd met uw brief en het feit dat u tijd nam om met mij te corresponderen. Dat u mij nieuws bracht over mijn zoon stelde ik ook zeer op prijs. Ik moet wel bekennen dat u niet de enige was die mij schreef. Ik ontving ook een brief van De Rey zij schreef mij, uit naam van God, en waarschuwde mij voor uw woorden. Haar waarschuwing sprak over het feit dat uw Hel heel weinig nieuwe inwoners ontvangt en dat u daar ontstemd over zou zijn. Volgens De Rey mist u een aantal hoogwaardigheidsbekleders en heeft u mij er om die reden graag bij. Dit is tevens mijn reden om Gods beslissing af te wachten. Ik hoop zeer dat u mij dit vergeeft. Daar en tegen acht ik de kans groot dat u mij binnenkort kan verwelkomen. Bij het afscheidt menen van mijn Mary en het realiseren dat ik mijn kind nooit zou ontmoeten moest ik ook denken aan alle echtgenoten die door mijn toedoen weduwe zijn geworden. Ik realiseerde me dat ik schuldig ben aan hun verdriet en kan me dan ook niet voorstellen dat ik door God wordt doorgelaten, dat ik hier al zo vroeg zit is daar vast ook een straf voor. 

Hoogachtend, 
Willem II 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten